Alle publicaties Digitale ontwikkelingen bij Arbo Unie: ‘Lekkerder in je vel dankzij data’

Digitale ontwikkelingen bij Arbo Unie: ‘Lekkerder in je vel dankzij data’

Share this article

Arbo Unie bevordert de vitaliteit en gezondheid van werkende mensen en maakt daarmee organisaties succesvoller. Onder het motto ‘lekker in je vel’ ligt de focus op de best mogelijke werkomstandigheden. Data en technologie kunnen daarbij helpen, zo besefte het bestuur. De uitdaging was deze visie te vertalen naar concrete waardecreatie. Chief Health Officer Willem van Rhenen en Tim Beswick van Anderson MacGyver vertellen hoe daarvoor de basis werd gelegd. 

“De waarde van digitale oplossingen is tijdens de coronapandemie wel bewezen”, vertelt Willem van Rhenen, CHO en RvB-lid van de circa 800 medewerkers en zeven labels tellende Arbo Unie. “Door de gedwongen slag naar vernieuwing zijn we ons nog meer bewust hoe data en technologie kunnen bijdragen aan het realiseren van onze strategische ambitie: de meest vooruitstrevende arbodienstverlener die mensen vitaal en gezond houdt.” 

Data is binnen veel organisaties nog iets abstracts, zo stelt de vanuit Anderson MacGyver als programmamanager betrokken Tim Beswick. “Ze vinden het lastig om het te concretiseren.” Van Rhenen vult aan: “Veel bedrijven zitten op een goudmijn van data, maar ze moeten wel de moeite nemen om te gaan graven.” 

Veel bedrijven zitten op een goudmijn van data, maar ze moeten wel de moeite nemen om te gaan graven

Willem van Rhenen – Chief Health Officer bij Arbo Unie

De zoektocht naar verbetering en waarde was bovendien ingegeven door een ander soort druk. Door de snelle opmars van digitale oplossingen is het volgens de Chief Health Officer van Arbo Unie niet denkbeeldig dat op een gegeven moment een volledig datagestuurde concurrent opstaat. “Kijk naar de opmars van een fenomeen als ChatGPT. Als je je bewust bent wat er op het gebied van data en algoritmes allemaal mogelijk is, dan begrijp je dat je hier als organisatie wat mee moet.” 

Voorspellend model
Arbo Unie deed overigens al interessante dingen met data. Jaren geleden is een model gemaakt waarmee men langdurig verzuim onder de 1,2 miljoen bediende werknemers kon voorspellen. “Ook dat gebeurde op basis van data en een algoritme”, aldus Van Rhenen. Maar om te kunnen doorpakken was meer nodig. Eind 2021 is Anderson MacGyver erbij betrokken en kort daarop werd Anna Geraedts aangesteld als Data Science Manager. Vervolgens trad Bas de Wit aan als Chief Information Officer. Er is uiteindelijk een multidisciplinaire samenwerking opgezet met mensen van Arbo Unie, Anderson MacGyver en het in data en analytics gespecialiseerde Inergy. 

Tim Beswick: “Als organisatie moet je echt geloven in de waarde van data en er bedrijfsbreed de schouders onder zetten om dat te kunnen realiseren. Met alleen een strategie of overtuiging binnen de top of een groep dataprofessionals op een eiland kom je er niet. De steun vanuit de directie is cruciaal en dataprofessionals zijn belangrijk, maar het gaat uiteindelijk om het realiseren van een organisatiebrede samenwerking – ook met de gebruikers. Onze eerste stap was samen met alle betrokkenen een programmaontwerp te maken; van bedrijfswaarde-gerelateerde doelstellingen tot een structuur waarin we concrete dataproducten creëerden en tegelijkertijd werkten aan een duurzaam datafundament.” 

Circulariteit 
De beschikbaarheid van data is belangrijk voor Arbo Unie, omdat het leidt tot nieuwe inzichten. Van Rhenen, tevens hoogleraar Engagement & Productivity aan de Nyenrode Business Universiteit, noemt het een aanvulling op de wetenschappelijke methode van toetsing, confirmatie of weerlegging. “Traditioneel neem je ‘evidence based’ besluiten, die na onderzoek door feiten worden onderbouwd. Met de beschikbaarheid van data kun je dat ook omdraaien: op basis van trends en patronen kunnen de gegevens zelf ergens aanleiding toe geven.” 

De Chief Health Officer noemt als voorbeeld het formele onderscheid tussen een meestal werk-gerelateerde burn-out en een psychische stoornis als een depressie, waarbij op basis van data sprake kan zijn van een overlap in symptomen. Door ogenschijnlijk verschillende zaken onbevooroordeeld aan te vliegen vanuit de juiste data, kun je ze mogelijk op een overeenkomstige manier oplossen. “Dat is een interessante bijvangst.” 

Daarnaast speelt het begrip circulariteit een rol: de in het proces gegenereerde data worden verrijkt met nieuwe data en inzichten, eventueel uit andere bronnen, en gaan vervolgens weer terug het proces in. “Zo maken we onze dienstverlening steeds beter”, aldus Willem van Rhenen. 

Vijf stromen 
Het dataprogramma binnen Arbo Unie werd onderverdeeld in vijf stromen: het realiseren van data-bewustzijn, governance en organisatie, het data-fundament, platform- & dataproduct-realisatie en het concretiseren van de potentiële waarde door het definiëren, prioriteren en plannen van de data-initiatieven. 

 “Dat waren allemaal ontdekkingstochten”, zegt Beswick. “Het was voortdurend zoeken naar balans tussen zaken onder de motorkap, zoals data-architectuur en kwaliteit in het fundament, en de business-impact via waarde opleverende dataproducten. We hebben in nauwe samenwerking met de gebruikersgroepen op basis van de bedrijfsprioriteiten telkens stap voor stap besluiten genomen. Multidisciplinaire teams namen de verantwoordelijkheid voor het invullen van de concrete acties in hun domein.” 

Het was voortdurend zoeken naar balans tussen zaken onder de motorkap en de business-impact van data

Tim Beswick – Management Consultant bij Anderson MacGyver

“De competenties binnen het kernteam en in de streams waren heel complementair en werkten goed samen”, vertelt Van Rhenen. “Mensen hadden wat voor elkaar over en redeneerden niet vanuit individuele belangen of kokers, maar vanuit het grotere geheel. Ook Anderson MacGyver was echt onderdeel van het totaal. Dit is voor een groot deel de verdienste van Tim geweest. Hij heeft het samen met Anna Geraedts van de grond getrokken en dat verdient wat mij betreft een 10-plus.” 

Jongvolwassen
Het mooiste resultaat is volgens de bestuurder een energieke club van zo’n twaalf dataprofessionals, die vanuit holistisch perspectief naar de business kijken en samenwerking zoeken. “De kinder- en puberfase liggen al achter ons en we hebben nu een jongvolwassen data-organisatie. We creëren waarde en zijn daarmee verder dan ik vooraf had gehoopt.” 

Tim Beswick maakt de vergelijking met een sneeuwbal. “De data liggen nu door de hele organisatie als sneeuw op de grond klaar om door een groeiende bal te worden opgerold – ook door de business.”  

“De volgende stap is dat de data-afdeling zich deze waarde ook durft aan te meten”, concludeert Willem van Rhenen. “Onze toekomstige kracht wordt namelijk bepaald door deze club in samenwerking met de rest van de organisatie. Dat zie je nu gebeuren: mensen bewegen mee en worden zich bewust van de mogelijkheden. Er is in anderhalf jaar heel veel gebeurd en bereikt.” 

Back to previous page